The North Bank

 

 

Op zondagochtend 2 november 2008  is al vroeg  met de ferry Banjul - Barra de oversteek gemaakt over de Gambiarivier naar de North Bank. Het eindpunt voor die dag is Georgetown of beter Jangjangbureh.

In Barra niet zo ver van de ferry was het een heksenketel, auto’s, ezelkarretjes, voetgangers, alles probeerde zich een weg te banen over het vreselijk slechte wegdek. Al gauw stopte onze kleine bus bij een onoogelijk geldwisselkantoortje. Gedurende de reis in het binnenland zouden we niet veel gelegenheid meer hebben om te wisselen, dus hier moesten we genoeg dalasi inslaan voor de komende dagen. Natuurlijk wilden veel mensen van alles aan ons verkopen, niet gek natuurlijk, ze zagen wat we omwisselden, voor hen kapitalen. Van een verlegen meisje kocht ik een klein zakje cashew noten. Waarschijnlijk betaalde ik daar veel te veel voor, want ze lachte wel zo gelukkig. Prima, want ik vond dat ik een habbekrats betaalde en ze waren nog vreselijk lekker ook.

 

 

Na de kuilen, de butsen en de bulten in Barra kwamen we op deze weg. De hoofdroute over de North Bank. Echt prima, zeker voor een rit van 320 kilometer, er stonden zelfs verkeersborden en zo af en toe bewegwijzering.

 

 

Vanuit het rijdende busje, we konden niet overal stoppen waar ik riep ‘oh, wat mooi’, heb ik deze foto’s genomen. Alles was nog enorm groen, zo vlak na de regentijd.

 

 

Er waren veel van dit soort poelen. In verschillende zag je runderen baden en drinken. Soms was dat een kudde zonder herder, maar geregeld zag je dat ze gehoed werden. Er waren ook gemengde kuddes van runderen en geiten.

 

 

Natuurlijk ook kleine dorpjes wat verder weg.

 

 

En mensen die werkten op het land. Niet erg goed te zien, maar hier zijn ze bezig met het rooien van pinda’s.

 

 

Op de weg was nauwelijks verkeer. Alleen als we door wat grotere dorpen reden werd het wat drukker. Iets meer auto’s, maar hoofdzakelijk ezel- en paardenwagentjes. In één van die dorpen, ergens tussen Farafenni en Wassu was er markt en daarom ook veel karretjes.

 

 

Verder over de markt en daarna naar Janjangbureh, klik: 

 

De markt was niet echt groot, maar vreselijk boeiend. En behalve ons kleine reisclubje was er geen toerist te bekennen, we werden dan soms ook met verbazing gade geslagen, ‘wat hadden die toubabs hier nou te zoeken?’

 

 

Eigenlijk was alles wat je echt nodig hebt hier op de markt te krijgen. Voedsel, zie de vissen van de persoon die net achter de man in het wit staat, kleding, banden en nog veel meer.

 

 

Behalve de koopwaar ben ik vreselijk geboeid door de kleding, soms westerse t-shirts en jeans, maar veel vaker prachtige, kleurige jurken en mooie hoofddeksels.

 

 

Deze witte bollen is zelf gemaakte zeep. De vrouw links op de foto riep me en liet me voelen aan de zeep. Ze sprak weinig Engels, maar we begrepen elkaar toch wel, ik had interesse en zij was trots op haar produkt. Achteraf heb ik spijt dat ik niet zo’n bol gekocht heb. Je kunt er weinig mee, maar het uitproberen is zeker de moeite waard.

Zonder iets te kopen ben ik natuurlijk niet weg gegaan, ook hier waren weer mooie kettingen en er werden er weer twee toegevoegd aan de kleine verzameling.

 

 

Op mijn verzoek bleven deze jongetjes staan voor een foto. Na het kieken riep ik ze bij me om naar de display te kijken. Ineens waren er heel veel jongetjes om me heen die het allemaal wilden zien, er werd gegiecheld en gegibbeld. Eén van de jongetjes van de foto kon zich niet bedwingen, hij moest zichzelf op de display aanraken, dat z’n hand onder de suiker zat van iets dat ie net had gegeten, nam ik graag voor lief.

 

 

Na een te korte, voor mij altijd te kort, tijd op de markt ging de rit weer verder. Om tenslotte aan te gaan sluiten bij de wachtrij voor de ferry naar Janjangbureh, dat op een eiland in de Gambiarivier ligt.

En net als bij de ferry ’s morgens is wachten hier niet erg. Er is van alles te zien, zoals wassen in de rivier.

 

 

En anders, maar ook wassen in de rivier.

 

 

En op een plek waar mensen wachten, wordt ook handel gedreven. Hier vooral allerlei etenswaren.

 

 

De kleine ronde balletjes, net een soort oliebolletjes, op het eerste tafeltje kwam ik de andere dag weer tegen bij het ontbijt.

 

 

Oversteken naar Janjangbureh doe ik in het volgende Gambialog. Meer foto’s en foto’s op groot formaat van deze rit over de North Bank op

Brimstone XXL

Alle Gambia 2008 logs op een rij

Around the Gambia

Reageren is niet mogelijk.